Als een schaduw bleef je mij bewaard

Het is zomer, de kersenoogst loopt op haar eind. De Zuid-Limburgse Juul woont al haar hele leven samen met haar moeder Maria in een oud vakwerkhuisje aan de rand van een klein dorpje in het Heuvelland. Ze onderhouden hier samen het familiebedrijf in de kersenboomgaarden.

De vanzelfsprekendheid van de verwachting dat Juul in Zuid-Limburg blijft om het bedrijf over te nemen, drukt op haar schouders. Het dorp en de gaarden zijn haar thuis, maar Juul verlangt ook naar een ander leven. Alles om haar heen voelt als een gemiste kans, en ze zou soms willen dat ze een ander verleden had gekend. Vandaag, tijdens het plukken van het fruit, loopt Juul naar een stille plek in de gaard om na te denken. Onder een grote kersenboom sluit ze haar ogen en droomt ze weg.

Wanneer ze haar ogen weer opent is Juul daadwerkelijk in haar dagdroom terecht gekomen. Ze bevindt zich als geroemd operazangers op een podium in een kerkruïne. Haar publiek bestaat uit allerlei wereldse gasten met wie ze voor even een niet-bestaand verleden beleeft.